Aardwarmte is een kans voor de regio. Bedrijven en bewoners van nieuwe en bestaande wijken in de regio kunnen aansluiten op aardwarmte. Een lokale warmtebron die onafhankelijk is van gas uit het buitenland. De eerste stappen voor aardwarmte in Rijnland zijn al gezet. De gemeente bekijkt nu welke wijken kunnen overstappen op aardwarmte. Bewoners en bedrijven krijgen daarna de kans om zich aan te sluiten. En als alles volgens planning gaat, verwarmen we vanaf de winter van 2026-2027 de eerste gebouwen met aardwarmte uit Noordwijk.
Bedrijfsgebouwen, nieuwbouw- en bestaande woningen, kassen, (sport)verenigingen, scholen, hotels en restaurants in de regio kunnen aansluiten. De gemeente onderzoekt in welke wijken aardwarmte als eerste beschikbaar komt. In deze wijken komt een warmtenet, zodat je kunt overstappen op aardwarmte.
De aardwarmtebron komt op de kruising van de N444 en N206. Met aardwarmte van een locatie zo klein als één voetbalveld kan de hele regio overstappen op duurzame warmte en van het gas af.
Opsporingsvergunning is verleend
Aardwarmtepotentie is in kaart gebracht
SDE++ subsidie verleend
Besluit van gemeenten in welke wijken aardwarmte beschikbaar komt
Vergunning procedures
Bewoners en bedrijven krijgen een aanbieding om over te stappen op aardwarmte
Aanleg van de aardwarmtebron en het warmtenet
Aansluiting op het warmtenet en eerste levering van aardwarmte
Het warmtenet wordt aangelegd vanaf de aardwarmtebron naar bedrijven en wijken die door de gemeenten zijn aangewezen. Bijvoorbeeld in de woonkernen van Noordwijk, Katwijk, Voorhout en Oegstgeest. Als in deze wijk voldoende geïnteresseerden zijn voor aardwarmte, zal het warmtenet worden aangelegd. Wij hopen voor de winter van 2026-2027 de eerste aardwarmte te kunnen leveren.
Bewoners, bedrijven en andere organisaties die overstappen op aardwarmte krijgen een aansluiting op het warmtenet. Het warmtenet bestaat uit ondergrondse leidingen waardoor warm water stroomt dat vanaf de aardwarmtebron wordt rondgepompt. Je krijgt dus aardwarmte via het warmtenet.
De gemeente besluit in welke wijken een warmtenet wordt aangelegd en onder welke voorwaarden. Daarnaast geeft de gemeente samen met het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat de omgevingsvergunning af voor de aardwarmtebron. Het verschilt dus per gemeente waneer jij je kunt aansluiten op het warmtenet.
Aardwarmte Rijnland is een samenwerking tussen Firan, Shell en D4. Samen met de gemeenten, bedrijven, woonstichtingen, bewoners en andere organisaties willen we aardwarmte beschikbaar maken voor de regio. Zodat we klaar zijn voor de toekomst. En zodat we de wereld mooier doorgeven.
Voordat aardwarmte beschikbaar komt doorlopen we veel stappen. De eerste stappen zijn inmiddels gezet! Wij zijn en gaan in komende stappen in gesprek met omwonenden, gemeenten, geïnteresseerde afnemers en andere organisaties.
Ben je geïnteresseerd en wil je op de hoogte blijven? Meld je aan voor de nieuwsbrief. Zo ben jij als eerste op de hoogte van de alle ontwikkelingen.
We vragen eerst een opsporingsvergunning aan bij het Ministirie van Economische Zaken en Klimaat.
Het ministerie vraagt advies aan deskundigen zoals TNO, RVO, SodM, het Waterschap en de provincies en gemeenten. Op basis van deze resultaten adviseert de Mijnraad of het ministerie de vergunning kan toekennen.
Het ministerie geeft een opsporingsvergunning voor een bepaald gebied. Daarna mogen we onderzoek doen naar aardwarmte.
We brengen de potentie en de mogelijkheden van aardwarmte in kaart.
Een kopgroep wordt gevormd van grootzakelijke afnemers die van het aardgas af willen. Ook wordt er verkend welke wijken zouden kunnen overstappen op een warmtenet.
De resultaten worden besproken met de gemeente en provincie. De omgeving wordt betrokken bij de aardwarmte ontwikkeling.
Bij RVO wordt subsidie voor aardwarmte winning aangevraagd. De subsidie wordt ook toegekend door RVO.
Als de kopgroep akkoord is, is de warmtelevering voor de gebouwde omgeving een stap dichterbij.
De aardwarmte locatie is bestemd voor gaswinning. Aardwarmte dient binnenplans of buitenplans ingepast te worden.
Voor het distributie warmtenet dient de gemeente een partij aan te wijzen die deze ontwikkelt en exploiteert.
Hierin worden ruimtelijke-, veiligheids-, en milieu aspecten getoetst. Het Ministerie van EZK is bevoegd gezag. De gemeente, provincie Zuid-Holland, waterschap, SodM en overige deskundigen adviseren over vergunningsverlening.
Gedurende het ontwikkelproces wordt de omgeving betrokken. Op de omgevingsvergunning heeft de omgeving invloed. De omgeving kan een zienswijze indienen en eventueel in beroep gaan.
Het warmtenet wordt ontworpen voor de aangesloten warmtevragers.
Na vergunning verlening kan een aardwarmte-installatie gebouwd worden. Op de locatie wordt de aardwarmteput geboord.
Voor het warmtenet worden de benodigde vergunningen aangevraagd. De omgeving heeft inspraak hierop, kan een zienswijze indienen en eventueel in beroep gaan.
Om de aardwarmte te winnen zijn verschillende vergunningen nodig. Het Ministerie van EZK beslist hierover met advies van de provincie ZH, gemeente, SodM, Mijnraad, waterschappen en Technische commissie bodembeweging
De omgeving heeft inspraak op het winningsplan, kan een zienswijze indienen en eventueel in beroep gaan.
Als de wijken voor collectieve warmte zijn aangewezen en de kopgroep is akkoord met de warmtelevering, dan wordt het warmtenet voor bewoners uitgewerkt en krijgen bewoners, woning coöperaties en bedrijven de kans om zich aan te melden voor het warmtenet.
De put koppelen we aan het warmtenet. De aardwarmte verwarmt de gebouwen die zijn aangesloten op het warmtenet.
Huizen en bedrijven worden verwarmd met duurzame energie uit eigen bodem.